De arts die AI bouwt, en de Nederlandse zoektocht naar durf

Anesthesioloog, programmeur en oprichter Michel Abdel Malek ondervond dit jarenlang als medisch specialist. Hij zag hoe de focus verschoof van de patiënt naar het systeem. Vanuit die frustratie ontstond zijn startup Delphyr. Het is een verhaal dat vaker wordt verteld, maar de invalshoek is hier anders. Dit is geen tech-ondernemer die een kans ziet in de zorg. Dit is een medisch specialist die een technologische oplossing bouwt voor zijn eigen, diepgewortelde probleem.

De zoekfunctie die het EPD opnieuw uitvindt

Delphyr ontwikkelt een AI-assistent die artsen en verpleegkundigen ondersteunt met generative search, een zoekfunctie die niet alleen informatie vindt, maar deze begrijpt, samenvat en verrijkt. De applicatie luistert tevens mee tijdens een consult, zet het gesprek om in een gestructureerde notitie en ontsluit direct alle relevante medische data uit de vaak verouderde en gefragmenteerde elektronische patiëntendossiers (EPD's). Deze generative search vormt de springplank voor toekomstige AI-applicaties binnen de zorg. De belofte is een drastische vermindering van de administratieve last. Maar achter deze belofte gaan een aantal strategische keuzes schuil die het verhaal pas echt interessant maken.

De soevereine keuze

De eerste keuze is technologisch. Delphyr bouwt aan een eigen taalmodel, specifiek getraind op de Nederlandse zorg. Belangrijker nog is de infrastructuur. Het bedrijf werkt samen met het in Amsterdam gevestigde Nebius als primaire cloud partner, maar is in regelmatig overleg met zowel Microsoft als Google om de beste oplossing te garanderen. Dit lijkt een technisch detail, maar het is een fundamentele strategische zet. In een sector waar dataveiligheid en privacy heilig zijn, is deze flexibele maar weloverwogen aanpak een direct antwoord op de zorgen over datasoevereiniteit. Door voor een voornamelijk Europese stack te kiezen, bouwt Delphyr een 'soevereine' oplossing. Het is een verkoopargument dat voor ziekenhuisbestuurders, die eindverantwoordelijk zijn voor patiëntdata, zwaar weegt.

De medische lat hoger leggen

Waar veel startups in de zorg kiezen voor de snelle route, heeft Delphyr een andere strategische keuze gemaakt: gaan voor zware medische certificering. Het is een bewuste beslissing die het bedrijf onderscheidt. Deze certificering is tijdrovend en kostbaar, maar geeft ziekenhuizen de zekerheid dat het product voldoet aan de hoogste medische veiligheidseisen. Voor een sector die terecht voorzichtig is met nieuwe technologie, vooral als het gaat om patiëntveiligheid, is dit geen nice-to-have maar een must-have.

Navigeren in een land van reuzen

De volgende strategische keuze betreft de markt. De Nederlandse ziekenhuismarkt voor EPD's is een triopolie. Drie bedrijven, ChipSoft, Hix en Nexus, hebben samen 97% van de markt in handen [4]. Een nieuwe speler die deze systemen wil vervangen, is kansloos. Delphyr probeert dit ook niet. In plaats daarvan positioneert het zich als een intelligente schil die boven op deze rigide systemen werkt. Met samenwerkingen met zeven EPD-leveranciers proberen ze de poortwachters van de zorgdata niet te bestormen, maar te vriend te houden. Het is een pragmatische aanpak die de enige weg vooruit lijkt in een dergelijk geconsolideerde markt.

De paradox van het Nederlandse kapitaal

Ondanks een veelbelovende start met €500.000 aan startkapitaal en steun van investeerders als Thomas Wolf (mede-oprichter van Hugging Face), legt Abdel Malek een pijnlijke paradox in het Nederlandse innovatieklimaat bloot.

"Er is een gezegde onder Nederlandse oprichters: we hebben genoeg kapitaal, maar wat we missen, is durfkapitaal," aldus Abdel Malek.

De cijfers bevestigen zijn observatie. De investering in durfkapitaal per hoofd van de bevolking lag in Nederland in 2024 op €193, ver achter de €546 in de Verenigde Staten [5]. Nederlandse pensioenfondsen, die een enorm vermogen beheren, investeren slechts 0,01% daarvan in binnenlands durfkapitaal [5]. Investeerders zijn terughoudend in de vroege, risicovolle fase waar diep-technologische bedrijven zoals Delphyr zich bevinden. Ze wachten op bewezen succes, maar juist het gebrek aan vroege financiering maakt dat succes moeilijk bereikbaar.

Waar we naar moeten kijken

Het verhaal van Delphyr is meer dan een startup-verhaal. Het is een casestudy voor de toekomst van technologische innovatie in Nederland. De kans voor Delphyr is evident: als zij erin slagen om als een van de eersten een veilige, soevereine en effectieve AI-laag over de bestaande zorginfrastructuur te leggen, is de potentiële markt enorm. De bedreiging is tweeledig: de macht van de EPD-leveranciers die hun poorten kunnen sluiten, en het risicomijdende investeringsklimaat dat het bedrijf kan dwingen om zijn groeiambities te temperen of naar het buitenland uit te wijken.

We zijn dan ook vooral benieuwd naar de volgende stappen. Lukt het Delphyr om de huidige financieringsronde te sluiten en het benodigde 'durfkapitaal' aan te trekken? En misschien nog wel belangrijker: slagen ze erin om de eerste grote ziekenhuizen te overtuigen dat hun soevereine AI-oplossing niet alleen de administratie verlicht, maar de zorg daadwerkelijk beter maakt? Het antwoord op die vragen zal niet alleen de toekomst van Delphyr bepalen, maar ook iets zeggen over de vraag of Nederland zijn eigen, meest complexe problemen met zijn eigen, meest geavanceerde technologie kan oplossen.

Willem Blom
Founder Dutchstartup.AI